Vorige maand eindigde ik mijn column met de mogelijk roze
bril. De wereld is echter zwart. De zon schijnt en zonnebrillen kunnen tranen
verbergen.
In het letterlijke hart van onze Vlissingse binnenstad
kwamen afgelopen vrijdagavond veel
mensen samen. Een last-minute georganiseerd benefietconcert vond plaats in de
St. Jacobskerk; de klanken en vocalen
legden het zwijgen op. Er was kippenvel.
“Alles wordt wel steeds steeds duurder!” hoor ik in de Lange
Zelke. Het antwoord mompelt dat ze het stiekemaan doen, daar, in de
supermarkten. “Zodat je het niet in de gaten hebt…”
Op de Oude Markt wordt gestart met een nieuw begin in De
Fonteijne, maar buitenbouwvakkerstijd
is de voormalige doorgang afgezet
met twee grote borden MAKE ART NOT WAR. De blauwe en gele letters getuigen van
protest. Eerder deze week zag ik schoolkinderen met winkelwagentjes van de
nabijgelegen supermarkt. Vol trots riep een jongen dat ze bij de huizen
langsgingen om statiegeldflessen bij de mensen op te halen. “Dat doen we voor
Oekraine!”
Die vrijdagavond zorgde de volle kerk voor iets intens.
Vlissingers met Oekraïense wortels en familie aldaar deelden hun angst en
zorgen met de aanwezigen. Hoe dapper. Hoe dankbaar. Verweg bleek ineens
dichtbij. En beangstigend dichtbij werd bevestigd door pianist Slava Poprugin. Van Russisch-Oekraiense
afkomst viel het hem zwaar te vragen of het publiek begrip wilde hebben voor de
zachte wijze waarop hij zijn pianotoetsen zou beroeren. De emotie en het
verdriet vroegen om deze ‘stilte’.
Ondertussen op de Oude Markt veel geluid: er komt iets
biologisch waar eerst de Lego-blokjes zaten. En lichte paniek. Hoe moet het
verder met de wereld? Het loont de moeite aan de overkant te tanken. Ik hoor
niemand over WC-papier. En met het zien van de gele en blauwe letters ben ik
ineens terug in de andere werkelijkheid: mijn kleurenthema voor deze columns.
Hoe graag had ik gewild niet uit te komen bij de kleuren van de Oekraïense
vlag. Ik kan niet anders.
Verderop bij café ’t Archief zie ik een ophangen blauw-gele
paraplu, achteloos aan één van de bomen. En in stilte wens ik: laat het maar
even regenen. Laat ons allen schuilen onder dit stille protest. Laat de tranen,
laat ze gaan.
Onze stad leeft en beleeft echter verder, ver van Kiev,
Marioepoel en de andere steden. Gewoon, met z’n kleine ups-and-downs. Met de
verrassende veranderingen, de nieuwe ondernemingen. En halverwege de Walstraat kijk ik ineens met
hele andere ogen naar een pand. Het is er al jaren. Met dat blauw en geel. De
Wereldwinkel. Hoe symbolisch. Wanneer krijgt de wereld weer kleur?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten