maandag 14 november 2016

PLAAT

Het verhaal bij de tekening van vandaag: 

waar ben ik: in de Vrijgang

wat zie ik: een hoop bouwactiviteiten: de zware plaatwerkerij wordt verbouwd en uitgebreid tot een woonzorgcentrum

Maandag 14 november 2016

-langs bij Nina- 



“He, jij moet niet teveel frietjes eten, jij!”

Het is een echte maandagmorgen; alles komt na het weekend weer op gang. De gemeentereiniging rijdt met borstelwagentjes door de straten, de supermarkten worden bevoorraad. Vanuit de Vrijgang jaagt een vorm van energie over het bouwterrein. Het stalen geraamte, de ribbenkast van de voormalige zware plaatwerkerij op het Scheldeterrein is de basis van een nieuw te bouwen zorgcentrum. Ook op het terrein ernaast groeien nieuwe panden uit de grond. Binnenkort gaat het complex met hoofdletters het verdere leven in. De Zware Plaatwerkerij. Het spreekt tot de verbeelding. Ik schat in dat een hoop Vlissingers er iets van vinden. Ik vind het mooi, zowel de gedachte achter dit project als de uitwerking die ik tot nu toe zie: warme cortensstaalplaten. Maar wat ik er van vind, telt niet.

In de Wagenaarstraat staat de nieuwbouw in aanbouw wel erg dicht op de huidige bebouwing: moderne woningen met qua architectuur een duidelijke verwijzing naar het verleden van dit gebied. Mijn voorgevoel klopt: gezien het type raamdecoratie wonen hier veel jonge werkende mensen. Er is nergens iemand thuis. Halverwege zie ik een scooter op de stoep staan. En binnen brandt licht. Nina doet open. Ik heb geluk, want normaalgesproken is er overdag inderdaad niemand thuis. Nina haar schoolboeken liggen op tafel.

“We zijn met alle mensen uit de straat wel met de gemeente in gesprek geweest, hoor” Het nieuwe deel van het zorgcentrum zou eerst nog hoger worden. Dat hebben de bewoners kunnen voorkomen. “Maar we hebben bijna geen licht meer…” Toen het gezin (Nina woont in de Wagenaarstraat met haar vader, moeder en een broer) vier jaar geleden de woning betrok, hadden ze een geweldig uitzicht. Ja, er werd wel gezegd dat er eventueel ooit iets gebouwd kon worden…

Ik ben benieuwd wat Vlissingen voor Nina zo speciaal maakt. Ik spreek doorgaans oudere mensen. Het is wel eens verfrissend om met een meid van 16 te kletsen. Ze begint meteen over Nicolientje –een hij- die voor haar onlosmakelijk verbonden is met de binnenstad. Een rollator vol met hondjes. En Brammetje, met zomers altijd zijn dikke winterkleren aan. Op de naam van een andere prominente zwerver komt ze even niet. “Toen we een keer op zondagmiddag met een groepje in de overdekte zaten, riep ‘ie dat ik niet zoveel frietjes moest nemen.” Ze moet er nog om lachen. Volgens Nina leeft ‘die ene’ ook niet meer.


Nina doet de opleiding dienstverlening. Waarschijnlijk wil ze zich verder bekwamen in de afdeling zorg. Maar dat duurt nog even, eerst moet ze dit blok zien te halen. Of ze in Vlissingen wil blijven? Dat hangt er vanaf wat de toekomst haar biedt qua werk. Vooralsnog woont ze graag in de binnenstad. En het lawaai valt allemaal best nog mee. Tenminste. Zolang er vlak tegenover haar gebouwd wordt… Nee, ze bedoelt het lawaai van de kermis en de festivals. Nee, eigenlijk is het mooi in Vlissingen. Behalve dat er dan zo’n groot bejaardenhuis voor je wordt gebouwd. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten