Het verhaal bij de tekening van vandaag:
waar ben ik: Op de Boulevard de Ruyter/Keizersbolwerk
wat zie ik: de skyline van Vlissingen uit een ander
perspectief en een bankje met ouwehoerende mannetjes
Dinsdag 8 november 2016
-langs bij Sjouke en ‘de opa’s’-
“Vroeger waren we grootste kwajongens; nu zijn we de liefste
opa’s”
Ik ben getipt. Ik moet bovenaan zijn, bij het beeld van
Michiel de Ruyter. Daar staat een bankje waar de hele dag een stel mannetjes
zit te ouwehoeren. Die weten alles. De zon schijnt weer, dus ik op tijd in de
ochtend naar de heren!
Het wantrouwen is er vrij snel af. Eentje wil weten waar ik
geboren ben. In het noorden van de provincie Groningen valt hier in Vlissingen
niet bij iedereen in goede aarde. “Ah, er is nog een lichtpuntje!” roept de man in zijn
scootmobiel. Ze hebben in het ouwehoerteam een Groninger, die zal spoedig
komen. Ze zijn wel erg bijdehand. Ik mag geen ‘boten’ meer zeggen tegen het
imposant voorbijvarende. “Je hebt zeilboten, sleepboten, geen boten, maar wat
hier over de Schelde vaart, dat zijn S C H E P E N” Hij herhaalt het woord nog
een keer, scherp articulerend.
Intussen komt de Groninger aangefietst en ik schakel met hem
meteen over op onze moerstaal. De scootmobiel onderbreekt: “Hé, als jij zonodig
iets over Vlissingen wilt weten, dan gaan we hier geen Gronings praten!” Er is
nog een andere man gearriveerd en hij haakt met terugwerkende kracht even in op
de discussie over boten en schepen. Volgens hem bestaat een duikboot ook niet,
want een boot kan niet duiken. Het heet onderzeeboot. Al snel zit iedereen door
elkaar heen te praten en ze willen allemaal mijn aandacht. Of ik weet hoe je
kunt weten dat er om de hoek een S C H I P arriveert. Ik antwoord dat ik een
loodsboot die kant op zie spurten. Nee, meissie. Een loodsboot komt niet in
actie voor een zeilboot… “Zie je dat rooie lampje daarboven? Als die brandt,
weet je dat er een schip aan komt.” De scootmobiel wijst in de richting van de
radar.
Dan komt er een groot S C H I P langs, wel zeer dichtbij. “Vroeger
probeerden we ze met een steen te raken; ja vroeger waren we kwajongens. Nu
zijn we allemaal lieve opa’s.” Hij draait het sleutelhangertje in het
contactslot van zijn scootmobiel om. Op de achterkant staat ‘beste opa’. "Van m'n kleinkinderen gekregen."
Genoeg geouwehoerd. Ik dank en groet de heren en ik beloof
dat ik deze week nog een keer langskom om de tekeningen te laten zien. Of ik
dan Groninger koek meeneem? “Joh, die kun je hier in de supermarkt ook kopen" bromt er eentje. Ik zeg dat mijn ouders deze maand nog komen. Ik zal ze vragen
een koek mee te nemen. De Groninger roept: “Ik wil de echte, Klinknagel koek!"
Ik verbeter hem: ”Klinkhamer, het is Klinkhamers koek. Met
klinknagels maak je een SCHIP…” voeg ik er wijsneuzerig aan toe.
“Nee, dat doen ze
tegenwoordig lassen!” Hij heeft het laatste woord...
Geen opmerkingen:
Een reactie posten